Categorie: Abuis

Bijna juist ─ 16

Ik las in de krant:
”Een laffe overvaller kreeg een koekje uit eigen trommel, want hij werd neergestoken met zijn eigen mes.”
Vroeger placht men een koekje van eigen deeg te krijgen, maar het spreekt natuurlijk vanzelf dat men die in een trommel bewaart.

Ik hoorde op de radio:
”In de politiek is wijsheid ver te zoeken. Men dempt het kalf als het verdronken is.”
Er is een tijd geweest dat men de put dempte als het kalf verdronken was, maar vandaag de dag moeten we besparen en hebben we zelfs geen put meer nodig.

Een vriendin van me verkondigde:
Mond-op-mondreclame is nog altijd de beste reclame.”
Hoewel dat in sommige gevallen kan kloppen, verkies ik toch de mond-tot-mondreclame.

In een e-mail las ik de volgende passage:
”Het heeft nu lang genoeg geduurd. We zullen de knoop moeten doorkakken.”
Als je ’t schrijft, verschilt het slechts een kleinigheid met doorhakken, maar als je ’t moet uitvoeren is het een wereld van verschil en volgens mij geen sinecure.

Ik kreeg een brief en de schrijver ervan besloot met de woorden:
Drank bij voorbaat.”
Ik heb mijn hele brievenbus doorzocht, maar er was nergens drank te bespeuren. Veel beloven en weinig geven …

Rare manoeuvres

Er gebeuren vreemde dingen in het anders zo rustige Koksijde. Er dook daar namelijk een wilde weldoener op, die eerst bankbiljetten van twintig euro in de brievenbussen van een flatgebouw dropte en vervolgens gevat werd door een toch wel zeer merkwaardige tussenkomst van de lokale politie. Vraag me niet hoe ze het precies klaargespeeld hebben, want ik weet het niet, of eigenlijk weet ik wel, maar het is een manoeuvre dat ik vooralsnog niet kan duiden. Volgens de website van de redactie van de VRT worp men zich immers op de zaak. Worp!?

werpen

Annemie en de vlooien

Tot mijn verbijstering en afgrijzen zag ik vanmorgen een drietal vlooien in het drinkwaterbakje van mijn katten drijven.
“Het zal toch niet waar zijn!” riep ik wanhopig en ik molenwiekte met mijn armen, alsof ik die wilde weggooien.

Jaren geleden hebben mijn huisdieren al een keer vlooien mee naar huis gebracht en voor ik daar erg in had, viel mijn woning ten prooi aan een ware invasie van dat ongedierte. Om ervan verlost te raken heb ik toen zowaar een beroep moeten doen op een gespecialiseerd bedrijf en dat heeft me nog een flinke klauw geld gekost ook. Sindsdien behandel ik mijn poezen om de drie weken met het ook al niet goedkope vlooienmiddel Advantage, want ik wil zo’n plaag echt geen tweede keer meemaken. En toch dobberden er vanmorgen drie van die smeerlapjes op het water …

vlozaad… of toch niet. Bij nader toezien en tot mijn immense opluchting bleken het immers drie psylliumzaadjes te zijn, die kennelijk niet zonder reden de Nederlandse benaming vlozaad meegekregen hebben. Ik heb na mijn operatie gedurende geruime tijd veel bloed verloren en dat heeft ferriprieve anemie bij me veroorzaakt, ofte bloedarmoede door ijzertekort. Om dat te verhelpen dien ik iedere dag een ijzerpreparaat te slikken, maar dat middel heeft dan weer constipatie voor gevolg, die ik met het innemen van vlozaad vlot probeer te trekken … en het gebeurt soms dat ik een beetje met die zaadjes klieder.

Zo blijven we bezig natuurlijk. Ik vreet inmiddels pillen als drop. Het zal dan ook niemand verbazen dat de apotheker in zijn handen wrijft dat het knerst als hij mij ziet komen.

Bedreigd

draagvalkEen paar dagen geleden ontving ik een wervende folder van het Vlaams Belang. Hoewel dat allesbehalve een ornithologische vereniging is, wijdden ze toch een artikel aan de heikele situatie van de draagvalk. Door de willekeur waarmee men in Vlaanderen hot en her mestverwerkingsinstallaties neerpoot, zou die arme vogel namelijk verkleinen. Een mens kan het zich haast niet voorstellen!

Nu ben ik weliswaar geen vogelkenner, maar ik weet dat er onder meer slechtvalken, torenvalken en giervalken bestaan. Van een draagvalk heb ik echter nog nooit gehoord. Ik mag dus wel opschieten met het bijschaven van mijn kennis, want als die draagvalk aan het verkleinen is, zit het er dik in dat die binnen afzienbare tijd niet meer met het blote oog waarneembaar zal zijn, of zelfs helemaal verdwijnt zonder dat ik die gezien heb …

… en dat zou jammer zijn natuurlijk.

Bijna juist ─ 15

Een kennis van me, die meestal zo blond is als het koren in de zomer, waagde zich aan een andere haarkleur.
“Ik heb mijn haar zwart laten blonderen“, zei ze.
Ik vond het jammer dat ze ’t me telefonisch mededeelde, want dat had ik graag willen zien.

Zoals ik al eerder mededeelde, geef ik Nederlandse les aan wat we vroeger geredelijk allochtonen noemden. Ik doe dat trouwens nog steeds. Gisteren vroeg iemand me of ik zijn vriend op feestboek wilde worden. Ik diende hem teleur te stellen, want ik hou al niet van feesten, laat staan dat ik er een boek van wil aanleggen.

Na afloop van de vergadering plegen we met zijn allen een duit in het zakje te doen ten behoeve van minderbedeelden, maar dit keer dienden we ons aan te passen want men vroeg ons: “Misschien kunnen jullie ook een deel in het duitje doen?”

Ik kreeg een e-mail van iemand die graag naar Oklahoma zou reizen, want hij wil graag een keertje zo’n tournedos in het echt zien.

Een van de hierboven vermelde allochtonen schreef in een opstel dat hij erg genoten had van het optreden dat een bende kauwboys ten beste gaven.

Het zoontje van een vriend van me heeft een wel heel toepasselijke naam bedacht voor de plechtigheid waarmee we afscheid nemen van een overledene. Dat is volgens hem een begrafinish

Het animeermeisje

tekstberichtMijn mobieltje produceerde een onnozel geluid, want er liep een sms-bericht binnen.

“Ik sta op het punt om te vertrekken”, las ik. “Als alles goed gaat, ben ik over een uur bij je. Milou.”

Nu ken ik niemand die Milou heet. Bovendien vind ik het, met permissie, een naam die geredelijk in een kieteltent thuishoort, dus stuurde ik snel een antwoord, teneinde te vermijden dat ik bezoek zou krijgen van een dame of juffrouw die ruggelings aan haar toekomst dacht. Mochten er lezeressen van me zo heten, dan zijn zij natuurlijk de uitzonderingen die de regel bevestigen.

“Ik vermoed dat het bericht dat u net verstuurde niet voor mij bestemd is”, schreef ik.

Haar reactie liet niet lang op zich wachten:
“Toch wel!” was ze zeker van haar stuk. “We zouden vanmiddag de vergadering van volgende week voorbereiden.”

“U gebruikt duidelijk een fout telefoonnummer”, deelde ik haar mee. “Ik weet niets van een vergadering.”

“Wat flauw van je dat me nu in de saus laat zitten”, gaf ze lucht aan haar ongenoegen. “Je hebt het beloofd, dus ben je eraan koud.”

Ik loosde een zucht en toetste haar nummer in. Zeer tegen haar zin moest Milou toegeven dat ze zich inderdaad vergist had en toen verbrak ze zonder enig excuus de verbinding, alsof het allemaal mijn schuld was.

Sommige mensen kan men prikken met een speld, voor anderen volstaat zelfs een hooivork niet.

De onfeilbaren

Gisteren kregen de nieuwsbriefabonnees van Van Dale een e-mail waarin zich een joekel van een taalfout ophield.

flater

Het geeft wel te denken dat een van de autoriteiten op het gebied van de Nederlandse taal zich aan zulke blunders bezondigt en er ook nog ruchtbaarheid aan heeft door die per e-mail te verspreiden. Vanwege mijn slechte karakter kon ik dan ook niet aan de verleiding weerstaan om op Twitter de draak met ze te steken.

Enkele uren later kregen we een verbeterde versie van hun nieuwsbrief. Volgens hun zeggen hadden we per abuis de verkeerde versie ervan ontvangen. De verkeerde versie? Het zal wel. Ze hebben een kanjer van een taalfout gemaakt, maar dat ook durven toegeven … Nee hoor! Nog voor geen honderd pond klontjes. Ze hebben ons per vergissing het kladje toegestuurd.

verbetering

Voorbarigheid

Toen ik daarnet wat door internet bladerde, struikelde mijn oog over een nogal opzienbarende kop:

milquet

Onze Belgische minister van Binnenlandse Zaken, Joëlle Milquet ─ bij de Vlamingen beter bekend als Madame Non, vanwege haar vaak onverzettelijke houding tijdens onderhandelingen ─ is dus van plan om zich in het Syrische strijdgewoel te mengen. Voor mij niet gelaten.
─”Opgeruimd staat netjes”, mompelde ik zelfs, want ik moet die pittige tante eigenlijk niet. Als ik haar zie, denk ik telkens aan een zwarte weduwe en het zal jullie inmiddels genoegzaam bekend zijn dat ik niet van spinnen hou?

Toen ik neerwaarts scrolde, kwam evenwel de hele kop tevoorschijn:

milquet2

Ik had te vroeg gejuicht.