Tag: vertier

Om je te benatten!

Ik begaf me, in de auto van een echtpaar waarmee ik goede relaties onderhoud, naar de opening van een restaurant, want ik had wat verdiend aan het opstellen van de menukaarten en voor wat, hoort wat. Omdat ik me graag mag verlustigen aan aperitieven, glazen wijn en pousse-cafés prees ik me gelukkig dat ik kon beschikken over een chauffeuse die nooit alcohol gebruikte.

Nu is het echter zo dat ik nogal licht last krijg van wagenziekte als ik niet zelf achter het stuur vertoef, vooral ook omdat men op Belgische wegen geregeld van snelheid moet wisselen ─ nul, dertig, vijftig, zeventig, negentig, honderdtwintig ─ waardoor men als het ware op een roetsjbaan zit. Het duurde dan ook niet lang of misselijkheid stak de kop op en niet veel later zette ik het in de berm zelfs op een klaterend braken, hetgeen natuurlijk niet bevorderlijk was voor de eetlust van noodgedwongen toeschouwers en aanhoorders. Ik schaamde me dan ook diep.

In het restaurant verliep alles aanvankelijk naar wens, want ik ben keurig netjes opgevoed en wel degelijk in staat om de regels van de etiquette in acht te nemen. Tijdens het innemen van een slok rode wijn verslikte ik me echter in die mate dat ik het kostelijke vocht uitproestte en er zowel de tafel als mijn disgenoten mee besproeide. Zoiets verwacht men niet van aangenaam gezelschap en het werd me dan ook niet bepaald in dank afgenomen. Ik schaamde me nog dieper.

Ik ben iemand die het hout voor zijn eigen brandstapel aandraagt, om er vervolgens tot overmaat van onnozelheid ook nog de lucifers bij te leveren. Het zal nog eens zo gaan dat iedereen me uit zijn levensverhaal schrapt en me veroordeelt tot een eenzaamheid, die niemand ooit nog zal genezen.

Zwemmen op het droge

Ik belandde onverhoeds op een luidruchtig feest. Vandaag de dag heet dat een fuif, meen ik te weten. Knoerdharde muziek ─ rampestampen en puinbakken ─ schudde aan de lichamen van een bende halfgaren, die ongebonden zelfexpressie tentoonspreidden en zelfs tot het uiterste dreven. Drie meisjes stonden met delicate voetbewegingen denkbeeldige torretjes te vermorzelen, terwijl de jongens in hun buurt schijnbaar piepers tot puree trappelden. Enkele huppelkutjes moesten blijkbaar nodig, maar alle wc’s waren bezet. Een kwikzilverige snaak zeilde heen en weer alsof hij voortdurend koeienflatsen moest ontwijken en een andere snuiter caprioleerde alsof de vloerverwarming op honderd graden stond.

Ik ontsprong evenwel de dans en beperkte me tot toekijken, want ik wilde me niet belachelijk maken. Vroeger heb ik me nochtans aan zulke moderne bewegingsvormen overgegeven. Daar ben ik echter finaal mee gestopt nadat men me confronteerde met een filmpje dat men daarvan gemaakt had. Mijn tenen krullen nog als ik eraan denk. Tegenwoordig beperk ik me tot de klassiekers. Zo heb ik bijvoorbeeld een nogal spectaculaire, want authentieke Argentijnse tango in de benen. Als je even doorklikt naar het stukje dat ik daarover schreef, Swingend als een tiet, zul je daar een video van zo’n uitvoering aantreffen. Nee, die danser ben ik niet, maar mijn voetenwerk is bijna net zo goed.

Op het feest waarvan hierboven sprake weerklonk er evenwel geen enkele keer tangomuziek. Nu ja, waarschijnlijk was er toch geen partner aanwezig die deze dans samen met mij kon bolwerken, want die zijn dun gezaaid. Ik denk dat ik binnenkort maar eens de oversteek naar Argentinië zal maken.

We hadden er mooi weer bij

De hondsdagen, die de ruggengraat van de zomer vormen, liggen achter ons. Met hondsdagen duidt men de doorgaans warmste periode van het jaar aan, tussen 20 juli en 20 augustus: de hoogzomer met andere woorden. In die periode komt de heldere ster Sirius van het sterrenbeeld de Grote Hond tegelijk met de zon op. Vandaar de naam. Ik heb er al eens eerder een pennenvruchtje aan gewijd en dat vinden jullie onder deze link: Hotdogs.

September ligt in het verschiet. De scholen oliën reeds hun poorten en vanmorgen hoorde ik heel in de verte enig geschal opklinken. Dat zal vermoedelijk de herfst geweest zijn, want volgens Felix Timmermans pleegt die op een hoorn te blazen. Nu ik erover nadenk, kan ik eigenlijk om het even wat met het oor waargenomen hebben. Een hoorn is niet het enige object waaruit geschal opstijgt. Het kan bijvoorbeeld ook uit een vuvuzela vandaan komen ─ spaar me! ─ of uit een trompetvogel, ja zelfs uit een olifantenslurf. Er zijn hier onlangs everzwijnen gesignaleerd en dus zou het me niet verbazen als er plots ook een kudde olifanten opduikt. De verrassingen zijn de wereld niet uit.

Ach, weet ik veel wat ik vanmorgen allemaal gehoord heb. Ik was nog niet helemaal wakker en verkeerde bovendien in een milde schemer. We hebben vannacht iets gevierd, maar ik herinner me niet meer wat. We, dat zijn een aantal mensenkinderen die ik aardig vind en zelfs graag mag. Af en toe bouwen we een spontaan feestje, waarvan het einde zich meestal in geheimzinnige nevelen hult. Dat was vannacht ook weer het geval.

Ik hoorde net wat gestommel in de logeerkamer en ik zou begot niet weten wie zich daar ophoudt. Wat kan het leven toch boeiend zijn!

Gezelligheidsdieren

Ik deel mijn woning met drie katten van vrouwelijke kunne, maar dat wisten de meesten van jullie al. Zij zijn het enige gezelschap dat ik de hele dag om me heen kan velen, hetgeen overigens verwonderlijk is, want eigenlijk heb ik het niet zo op poezen. Doe mij maar een hond. Ik had ooit een juweel van een hond ─ een beveiligingsinstallatie van het type dobermann ─ maar toen die het tijdelijke met het eeuwige verwisselde, was ik daar compleet ondersteboven van en nam ik het kloeke besluit om me nooit meer met huisdieren in te laten.

Tien maanden later verscheen er echter een zwerfkat in mijn tuin. Ik verstrekte haar voedsel en drank en daar was ze zo mee in haar sas dat ze besloot bij me te blijven. Binnen de kortste keren deed ze me bovendien de inhoud van haar buik cadeau. Ze wierp zes jongens en twee meisjes, waardoor ik opeens de ietwat verbouwereerde eigenaar van negen katten was. Ondertussen zijn haar zonen allemaal gesneuveld op het slagveld van de straat, maar de dochters waren voorzichtiger en gedroegen zich niet als wilde stappers. Hun rauwe, dierlijke lust gaf geen aanleiding tot onbesuisde vermetelheid en pierewaaien. Ze waagden zich nooit in het verkeer, maar ontvingen thuis. Daardoor zijn ze er nog en vieren ze vandaag hun verjaardag. En van ze lang zullen ze leven in de hieperdepiep hoera!

Ik schreef hierboven dat ik het niet zo op poezen heb, maar ik ben wel hogelijk bekoord door mijn drie meisjes. We zullen ons dan ook onder het geplof van champagnekurken verheugen over … eh … Ik zal ze vandaag op tonijn trakteren en ze mogen de hele dag in de tuin en het bos ravotten.

Ja, we maken er een feestje van. Als het niet regent. En anders ook.