Tag: humor

Vadertje spelen

Astrid, zeven jaar jong en al een pittig tantetje, kwam thuis van school en haar moeder begon gelijk interesse te veinzen voor haar prestaties aldaar. Ze had zich laten gezeggen dat ouderlijke belangstelling in hoge mate bevorderlijk was voor de goede gang van zaken tijdens het leerproces en daarom aanbeveling verdiende.
─”En wat heb je vandaag allemaal geleerd?” informeerde ze.
─”Over de vlucht naar de diepte”, verklapte Astrid.
─”Welke vlucht?”
─”De vlucht naar de diepte”, herhaalde het meisje gewillig.

Toen ook de derde poging hetzelfde antwoord opleverde, blikte de moeder me schichtig aan. Ik probeerde met een paar gerichte vragen licht in de duisternis te brengen, vernam hoe een geduchte kindermoordenaar de kleine Jezus naar het leven stond, waardoor Maria op een ezel plaatsnam en met Josef …
─”Het gaat over de vlucht naar Egypte”, wist ik opeens.
De moeder staarde me eerst sprakeloos aan en zei toen:
─”’t Verbaast me dat een heiden als jij dat verhaal kent.”

Vervolgens begon Astrid het liedje te kwelen dat ze op school geleerd had:
─”De herdertjes lagen bij nachte, ze lagen bij nacht in het veld …”
Haar moeder viel in, fier dat ze eindelijk kon bewijzen hoe goed ze zich van haar ouderlijke taak kweet.
─”Ze hielden vol trouwe de wachte, ze hadden hun schaapjes geteld.”
─”En? Hoeveel schaapjes waren er eigenlijk?” vroeg Astrid ietwat ongeduldig.

De moeder keek me aan. Haar ogen drukten een soort dierlijke radeloosheid uit: de wanhoop van de stervende kat.
─”Zeshonderd drieëntachtig”, zei ik.

En Astrid was daar tevreden mee.

Dan vraag je eens wat!

Terwijl de kastelein kleine beroepsbezigheden verrichtte, deelde hij ons ─ kroegtijgers aan de tapkast ─ op hoorbaar spijtige toon mee dat hij van plan was om eerlang zijn auto te verkopen. Hij keek alsof hij dat voornemen ten zeerste betreurde en zong vervolgens uitgebreid de lof van het kranige karretje, dat zich moeiteloos liet beteugelen en met onthutsend gemak asfalt vrat, zonder dat het hem aan de pomp klauwen geld kostte.
─”Het is eigenlijk niet meer dan een koekblik,” vervolgde hij, “maar het heeft wel een automatische middelvingeropsteker aan boord en het rijdt zelfs achteruit!”

We gingen van de ketting. Kon het ons wat schelen dat opgefokte vrolijkheid eigenlijk een verschijningsvorm van de wanhoop is.
─”Waarom wil je die auto per se verkopen als je er zo tevreden over bent?” wilde ik weten.
─”Omdat ik niet anders kan”, druiloorde de kastelein en hij stond daar als een paard in de regen. “De asbak is vol.”

Tja, als je in het veld loopt, zal men mogelijkerwijs op je schieten. Hij is ongetwijfeld de leukste thuis, bij gebrek aan concurrentie.

Onderonsje

Ik veroverde een plaatsje op de snelweg en was volop bezig een flinke dot gas te geven, toen het onheil zich ergens voor me voltrok. Ergo: auto op de knippers en achter aansluiten!

De stuurman van het voertuig dat langszij kwam, keek me strak aan en liet vervolgens het portierraam zakken. In de veronderstelling dat hij me wat wilde zeggen of vragen liet ik eveneens een ruitje neerwaarts zoemen.
─"Heb je d’r ook een laten vliegen?" riep hij en hij knipoogde samenzweerderig.

Ja, in de file kun je gein hebben met elkaar.

Niet schadelijk voor de ogen

Omdat ik volop bezig ben een reisje naar la douce France voor te bereiden, sturen behulpzame vrienden en kennissen me allerhande documentatie en informatie toe, teneinde mijn uitstap de moeite van het ondernemen waard te maken. Vanmorgen trof ik in mijn mailbox een foto aan, die een glorieus uitzicht bood op een wel zeer oogstrelende brug. Wat een fenomenale compositie! Wat een speelse makelij! Die dartele rondingen! Die weelderige welvingen! Het spreekt vanzelf dat ik dit sensationele kunstwerk onmiddellijk toegevoegd heb aan de dingen die ik alleszins wil bezienswaardigen, omdat ze aan mijn toeristische verwachtingspatroon voldoen. Om het met Michelin te zeggen: vaut le détour et même le voyage.