Tag: humor

Raamhoer

Huishoudelijke taken — de menage doen — worden licht onderschat, vooral door mannen die er zich zo min mogelijk mee bemoeien.

Neem nu het bereiden van de maaltijden. ‘Wat zullen we vandaag eens eten?’ is ook te mijnent een van de meest voorkomende vragen, want het is op zich al geen sinecure om elke dag opnieuw een smakelijk gerecht uit te kiezen, laat staan om het dan ook nog klaar te maken volgens de regelen der kookkunst en met alles erop en eraan. De soep is te heet, de aardappelen zijn te zout, het vlees is te taai … Ga d’r maar aan staan!

Gelukkig hebben uitvinders aller landen tal van ingenieuze toestellen bedacht, die het leven van de veelal rusteloze huissloven aangenamer horen te maken: stofzuigers, koffiezetapparaten, microgolfovens, wasmachines … Ja, die wasmachines. Ze nemen je alleszins een boel werk uit handen, maar ze kunnen je ook lelijk parten spelen als je even niet oplet. Ooit is er bij mij een helrood tafelkleedje tussen het witgoed gesukkeld. Dat heeft me een vrachtje bigroze ondergoed opgeleverd en laat roze nu net een kleur zijn waar ik echt niet van houd. Een maand of zes geleden heb ik voor mijn gordijnen iets te heet water gebruikt, waardoor ik ze nu na iedere wasbeurt dien te strijken. Sommige van die voorhangsels zijn twaalf meter breed en meer dan twee meter hoog. Krijg zo’n vaandel op je strijkplankje!

Dat is de reden waarom ik onlangs besloten heb nieuwe gordijnen aan te schaffen. Er is een meisje langsgekomen om de maat te nemen en vanmorgen zou ze mijn vensters met de vrucht van haar noeste arbeid aankleden. Behulpzaam als ik ben, had ik nog voor ze arriveerde de oude exemplaren weggenomen en gelijk naar het milieupark gebracht. Dat had ik beter kunnen laten, want spoedig bleek dat het naaistertje zich vergist had. Het gordijn dat me tegen indringende blikken vanaf de straat moet beschermen, was pakweg een halve meter te kort. Het zal minstens twee dagen duren voor ze orde op zaken gesteld heeft. Al die tijd zal ik te kijk zitten als een raamhoer.

Er was die man die bij een raamhoer op de ruit tikt en vraagt:
─”Hoeveel?”
─”Honderd euro!” antwoordt het meisje van lichte zeden.
─”Dat valt nog mee voor dubbel glas”, zegt de man en hij vervolgt zijn weg.

Weer een raadsel opgelost

De meesten van jullie zullen wellicht in meer of mindere mate vertrouwd zijn met het mysterieuze schilderij De Schreeuw van de Noorse kunstenaar Edvard Munch. Het is namelijk een aangrijpende en in hoge mate intrigerende voorstelling van een zichtbaar in paniek verkerend schepseltje, dat om onduidelijke redenen het hazenpad kiest onder een wel zeer onheilspellende, ja zeg maar helse wolkenlucht.

In de wielingen en woelingen der jaren hebben talloze lieden zich intens met dat vreemde figuurtje bemoeid en verklaringen verzonnen voor de jagende angst, die het zo tastbaar uitstraalt dat men zijn gezicht zelfs als masker in ijzingwekkende, met gorgonische taferelen en apocalyptische slachtpartijen gelardeerde films gebruikt. Nu heeft een vriend van me, die al ettelijke jaren vruchteloos op zoek is naar ‘De rechtvaardige rechters’, het verdwenen paneel van het door de broertjes Van Eyck gepenseelde drieluik ‘Lam Gods’, in een stoffig torenkamertje van een oude burcht een studie van dat schilderij ontdekt, die als werktitel het Noorse equivalent van potloodventer meegekregen had. Ik heb het genoegen jullie hieronder op een afbeelding van die proeve te vergasten.

Waarschijnlijk heeft Edvard Munch, onder impuls van kuise katholieken of andere religieuze fanaten, in de definitieve versie het exhibitionistische mannetje weggelaten en zodoende de toeschouwers met een hoop vraagtekens opgezadeld. Nu kunnen jullie echter met eigen ogen zien wat de paniek van dat zwarte schepseltje veroorzaakt.

Zowel onthullend als ontluisterend

In januari jongstleden heb ik me, in een vlaag van zinsverbijstering en in verregaande staat van ontkleding, samen met nog 5500 tamelijk geschuffelde personen, die zich ijsberen noemen, in een wel zeer verfrissende zee gewaagd en zodoende deelgenomen aan wat men de Oostendse nieuwjaarsduik noemt. Ik heb dat hier onbesproken gelaten, omdat ik niet bepaald trots ben op de manier waarop ik me op dat strand gedroeg en voor paal zette. We moeten het niet al te gek maken; het was zo al de schaamte voorbij en dus klef genoeg.

Het zal niemand verbazen dat men op internet foto’s en filmpjes van dat evenement kan bekijken, maar tot mijn verbijstering blijkt ook mijn optreden aldaar niet onopgemerkt gebleven te zijn. Onvermijdelijk komt er een dag dat een fijne teen er ruchtbaarheid aan zal geven dat de geestelijke vader van Uilenvlucht er niet voor terugschrikt om zich … eh … letterlijk bloot te geven. Daarom lijkt het me beter om jullie nu al omtrent het bestaan van zulke opnamen te informeren en jullie zelfs een link te bezorgen, waar jullie me bezig kunnen zien. Hierzo: nieuwjaarsduik

Een vogel voor de kat

Door de overschakeling naar de zomertijd valt er te mijnent helaas een slachtoffer te betreuren. Om jullie meteen gerust te stellen: nee, ik ben niet van een stoel of een laddertje gedonderd terwijl ik wijzers een zetje gaf.

Ik doe jullie druilorend kond van het droevige lot dat een Schwarzwälder Kuckucksuhr beschoren was. Ik heb het hier niet over een met een zwart schaamwoud toegerust meisje van lichte zeden dat kiekeboe speelt, maar over een authentieke koekoeksklok uit het Zwarte Woud in Germanistan, die men jaren geleden aan mij vererfde. Omdat ik allerminst van zulke kitscherige dingsigheden houd, verborg ik het geval lange tijd op zolder, waar het op zekere dag ontdekt werd door een man die een verstandige bril op zijn neus had. Hij vermoedde dat ik weleens de eigenaar kon zijn van een heel oud, goed bewaard en daarom waardevol exemplaar, hetgeen deskundologen enkele weken later bevestigden. Sindsdien siert … nu ja … het antieke gevaarte mijn woning, al dien ik toe te geven dat ik de houtsnijkunstige nestkast niet meteen in het zicht opgehangen heb, want dat zou de genade overvragen zijn.

Zaterdag heb ik het ding de zomertijd opgelegd en zodoende heb ik waarschijnlijk het daarin gehuisveste vogelkijn wat opgeschrikt, want zondag was het een beetje van slag. Gisteren meende ik een paar keer een jankend geluidje waar te nemen en om vier uur is het dan gebeurd. Het deurtje klapte open en ik hoorde de ‘poing’ die in tekenfilms bij metalen veren hoort. Het koekoekje verscheen evenwel niet bedaard op de drempel, maar schoot als een raket naar buiten, om zich met een doodsmak op de vloer te storten. Een van mijn katten, die nochtans lag te suffen op een sofa, ontfermde zich per tijgersprong over de onverwachte prooi en vluchtte ermee de tuin in.

Ik heb al uren lopen zoeken, maar het vogeltje is nergens te bespeuren. Ik zou dat niet erg vinden, ware het niet dat mijn Schwarzwälder Kuckucksuhr nu plots veel minder waard is.

Lustig meisje

Achter de schermen van mijn blog bevindt zich een instrumentenbord, waarop ik kan aflezen wat er zich … eh … achter de schermen van mijn blog allemaal voltrekt. Zo kom ik er onder veel meer aan de weet hoeveel bezoekers ik over de vloer kreeg, wat die lazen en aanklikten, maar ook op welke manier ze hier terechtgekomen zijn. Een keurig statistiekje verklapt me immers welke opdrachten de zoekmachines naar Uilenvlucht doorgestuurd hebben. Hiernaast zien jullie daar een voorbeeld van, meer bepaald enkele zoektermen van mensen die hier gisteren gestrand zijn, omdat ze meer wilden vernemen over het lunair perigeum, alias de supermaan. Ik heb tevens iemand gestrikt die op dikke tieten belust was. Ik hoop dat hij hier aan zijn trekken gekomen is ─ neem me de dubbelzinnigheid alsjeblieft niet kwalijk ─ al durf ik dat toch te betwijfelen. Ja, die zoekopdrachten zorgen soms voor verrassende en vaak zelfs hilarische lectuur, want sommigen bestaan het om nog veel explicietere ontboezemingen aan Google en consorten toe te vertrouwen. Seks in al zijn aspecten spreekt kennelijk nog steeds een mondje mee en neem me deze dubbelzinnigheid alsjeblieft ook niet kwalijk.

Wat me evenwel nog meer intrigeert is de zoekopdracht: lustig meisje uilenvlucht. Al ettelijke maanden, ongeveer drie keer per week, is er iemand die op mijn blog een lustig meisje hoopt aan te treffen. Nu ken ik wel een aantal lustige, tot zelfs zeer lustige meisjes, maar die heb ik nog nooit te berde gebracht, zodat die nobele onbekende telkens onverrichter zake moet afdruipen. Het wordt derhalve stilaan tijd dat ik die trouwe bezoeker voor zijn niet aflatende moeite beloon en daarom heb ik het genoegen om hieronder een lustig meisje op te voeren: