Tag: overheid

Zet ze maar bij de kraak!

Ik vertel geen nieuws als ik jullie mededeel dat ik nauwelijks sympathie kan opbrengen voor koningshuizen in het algemeen en het Belgische in het bijzonder. Het weinige krediet dat de leden ervan nog bij me hadden, hebben ze verleden donderdag compleet verspeeld.

De doorluchtige dames en heren vonden het immers niet nodig om acte de présence te geven op het jaarlijkse defilé ter gelegenheid van de Belgische nationale feestdag. Albert, Paola, Astrid, Lorenz en Claire schitterden door afwezigheid en speelden elders mooi weer van ons belastinggeld. Als minachting voor het land en het volk dat ze verondersteld worden te vertegenwoordigen kan dat tellen. Ze moesten zich de ogen uit de kop schamen. Prins Laurent blijkt als enige nog over een greintje fatsoen te beschikken. 

Als het aan mij ligt, mogen ze die parasieten en profiteurs met onmiddellijke ingang hun dotatie ontnemen. Of nee, gooi dat hele koningshuis maar meteen in de prullenbak. Opgeruimd staat netjes.

Eten in zwart-wit

“Zullen we daar wat gaan eten?” vroeg ik.
“Doen!” antwoordde ik, want niemand vergezelde me en ik had de vraag dus aan mezelf gesteld.

Ik betrad het restaurant, nam plaats aan een tafeltje en trakteerde mezelf op een Campari-soda, het suggestiegerecht, zijnde scampi diabolique, een half litertje witte wijn, een punt warm appelgebak met slagroom en een koffie. Ik sloeg dat alles doodgemoedereerd in mijn slabbaris, zat nog wat uit te buiken, vroeg toen de rekening en kreeg dit:

rekening

Geen elegante kassabon en geen btw-briefje, maar een ordinair flardje papier met een nogal onbeholpen samenvatting van wat ik verorberd had. Of is dit de afrekeningsnota van zo’n geregistreerde of witte kassa, waarmee men het zwartwerk in de horeca wil uitroeien?

Laurette Mitraillette

Ik heb met een half oog en oor de debatten over de regeringsverklaring gevolgd. Veel heb ik daar niet over te zeggen, behalve misschien dat het soms een beschamende vertoning was, vooral door het optreden van Laurette Onkelinx, die ik een ongehoord arrogante en onbeschofte feeks ─ om het woord trut niet te gebruiken ─ vind. Het zal je echtgenote of je moeder maar zijn. De druiven zijn kennelijk heel zuur bij de Waalse socialisten.

parlement

Bevel is bevel

Ik heb opnieuw dat sterke staaltje van democratie op z’n Belgisch in mijn bus gekregen …

verkiezingen1

… en alsof dat op zich al geen aanfluiting is, gaan ze ons ook nog eens vertellen op welk tijdstip we ons het best van dit bevel kunnen kwijten:

verkiezingen2

Ze kunnen wat mij betreft het zeepokkenlazarus krijgen! Ik zal mij ter stemming aanbieden wanneer mij dat het beste uitkomt en als ik onverhoopt in een lange wachtrij terechtkom, zal ik daaromtrent zo luidruchtig lucht aan mijn ontevredenheid geven, dat ze me bij een volgende gelegenheid zullen vragen om asjeblief niet te komen. Dan zal ik natuurlijk wel gaan, kwestie van tegendraads te zijn, maar onder ons gezegd en gezwegen: ook zonder bevelschrift zou ik aan die kleurwedstrijd deelnemen.

Vrijheid, blijheid.

Zaaien naar de zak

De dotatie ten bedrage van ruim € 900 000 die het vroegere opperhoofd van Belgenland, Albert, en zijn teerbeminde ─ wie lacht daar?! ─ gade, Paola, in de schoot geworpen krijgen, zou naar verluidt niet toereikend zijn. Dientengevolge zou het berooide echtpaar een extra kostenvergoeding gevraagd hebben aan … eh … de Belgische belastingbetaler, want daar komt het feitelijk op neer.

Om de verwarmingskosten van hun woning te drukken draaien veel Belgen de radiatoren dicht in de vertrekken die ze niet gebruiken. Dat scheelt een slok op een borrel. Misschien kunnen hunne eminente eerbiedwaardigheden hetzelfde (laten) doen in hun nederige stulpje, kasteel Belvédère.

Wat de brandstofkosten van hun luxejacht betreft, raad ik ze aan om eveneens het voorbeeld van het gros der Belgen te volgen: er geen jacht op nahouden.

Dat heet zaaien naar de zak, of de tering naar de nering zetten. Het is zo simpel als wat. Een kind kan de was doen.

alpa

Hovaardigheidsbekleders

Het kan de Nederlandse koning, Willem-Alexander, en zijn ─ excusez le mot ─ hupse gemalin, Máxima ─ ¡Che, Argentina! ─ geen ene moer verblotekonten hoe ze door hun onderdanen aangesproken worden.
Willem-Alexander: “Ik ben geen protocolfetisjist. Mensen mogen me aanspreken zoals ze willen, omdat ze daarmee op hun gemak kunnen zijn.”
Máxima: “Iedereen noemt me Máxima hoor. Uiteindelijk, koningin of prinses, het doet er niet toe. Het is meer wat wij vertegenwoordigen dan de titel.”

In België daarentegen heeft Hare Doorluchtigheid, Mathilde Marie Christine Ghislaine d’Udekem d’Acoz, kortweg koningin Mathilde, verordend dat men haar ten paleize niet langer met het ordinaire Mevrouw dient aan te spreken, maar met het van grote bescheidenheid getuigende Majesteit. Leven ze daar nog in de middeleeuwen misschien? Zij schijt toch ook geen marsepein.

Het kan nooit lang meer duren of de hofmaarschalken, de lakeien, de hofnarren en de kuisvrouwen zullen hun bazin met hoofse buigingen en nederige reverences moeten tegemoet treden en vereren. Hoogmoed is een gebrek aan zelfvertrouwen en een onhandige manier om frustraties te verdoezelen of te compenseren.

Aangezien ik niet over huisgenoten of personeel beschik, heb ik mijn drie katten opgedragen om me voortaan als Edelachtbare aan te spreken.

reverence

Geen gouden horloge, maar …

Ik beschouw het als een regelrechte schande dat een van de rijkste Belgen een grotendeels onbelast pensioen van zo maar even € 923 000 in de schoot geworpen krijgt, nadat hij al jaren goud uit een horentje mocht drinken.

Alsof dat op zichzelf al geen aanfluiting is in deze voor velen benarde tijden, mag hij ook nog eens over tien door de belastingbetaler bezoldigde personeelsleden beschikken. Volgens Didier Reynders, minister van Buitenlandse Zaken, is dat vooral om de briefwisseling te verzorgen.

Ik zou in de lach schieten, als ik het niet zo treurig en grof vond.

briefwisseling

Fils à papa

Het opperhoofd der Belgen heeft op knullige wijze en in krakkemikkig Nederlands van enkele papiertjes afgelezen dat hij van plan is om zijn koninklijke lier aan de wilgen te hangen.
Blij toe en voor mij niet gelaten! Ik ben nooit een fan van koningshuizen geweest.

Ongeveer een kwartier later gaf de chef van de Belgische regering daaromtrent een persconferentie, zo mogelijk op nog knulliger wijze en in absoluut erbarmelijk, om niet te zeggen schabouwelijk steenkolennederlands.
Wat een aanfluiting!

Nu ik dit over me heen kreeg, heb ik besloten om me nooit meer vrolijk of druk te maken over mensen uit vreemde landen, die zich het Nederlands proberen eigen te maken. Als zelfs een koning en een premier zich niet bekreunen om de taal van het overgrote deel van hun onderdanen …     

Over enkele weken zal de Belgische kroonprins ─ die van ‘het is echt een vrouwtje’ ─ op waarschijnlijk stuntelige wijze op de troon klauteren. Hij heeft het ooit bestaan om een journalist de mantel uit te vegen met de volgende boutade:

U moet ontzag en respect voor mij hebben, want ik ben de volgende koning.

Wel, monseigneur, ik herinner me dat u tijdens een handelsmissie in Rusland, toen het nieuws over de vermoorde meisjes Stacy en Nathalie bekend raakte, doodgemoedereerd verklaarde dat u uit respect uw wandeling wat zou inkorten. Vandaag zal ik, uit respect voor u, mijn fietstocht wat inkorten. Is een kilometer voldoende, of verwacht u meer respect van me?

Ontzag zult u me nooit inboezemen. U bent en blijft een houten klaas, die zonder enige verdienste het koningschap en het daarmee gepaard gaande luxeleventje in de schoot geworpen krijgt.

Ik zal zelf wel bepalen voor wie ik in dit leven ontzag voel. Daar hebt u zich niet mee te bemoeien.

Klotevraag, kutantwoord

De uitbreiding van de euthanasiewet naar wilsbekwame minderjarigen brengt de gemoederen in beroering en zorgt voor onenigheid binnen de regering.

Naar verluidt is het een traditie dat er vrij gestemd wordt over ethische thema’s. De parlementsleden kunnen daaromtrent naar eer en geweten stemmen, los van het standpunt van hun partij.

Ik ben maar een simpel zieltje dat zich ─ niet gehinderd door enige kennis van zaken ─ afvraagt waarom ze eigenlijk niet altijd in gemoede mogen stemmen. Nu ja, ik hoef er niet het fijne van te weten, want ik zal het vermoedelijk toch niet kunnen bijsloffen.

Enkel dwazen spotten met wat ze niet begrijpen; anderen zwijgen.

Derde keer, goede keer?

Een paar weken geleden liet de plaatselijke overheid me per briefkaartformulier weten dat de geldigheidsduur van mijn identiteitskaart ─ die ik als ik een zeldzame keer in een jolige bui ben op grootmoeders wijze mijn eenzelvigheidsbewijs durf te noemen ─ eerlang ten einde zou lopen en dat ik met bekwame spoed voor vervanging moest zorgen. Om dat te bewerkstelligen diende ik me, in het gezelschap van onder meer twaalf euro en een recente pasfoto, ten gemeentehuize aan te melden, teneinde me aldaar aan de vereiste plichtplegingen te onderwerpen.

pasfotoNiet zonder tegenzin begaf ik me naar de fotograaf die me zou vereeuwigen. Ik laat me uiterst zelden kieken, want ik sta er toch nooit mooi op. Ik zit altijd naar die camera te kijken alsof ik daar geen vogeltje, maar een krokodil verwacht en dat heeft zijn gevolgen natuurlijk. Het resultaat viel dit keer behoorlijk mee en dat verheugde me, want de voorbije vijf jaar schaamde ik me altijd een beetje als ik mijn identiteitskaart moest laten zien, omdat die kop van me aan een crimineel psychopaat lijkt toe te behoren.

Gisteren kreeg ik bericht dat mijn nieuwe persoonsbewijs beschikbaar was. Men verzocht me om ten tweeden male in hoogsteigen persoon in het gemeentehuis te verschijnen, om de nieuwe kaart te laten activeren en in ontvangst te nemen. Vanmorgen gaf ik gevolg aan dat verzoek, maar ik ben van een koude kermis thuisgekomen, want er was een kink in de kabel: door een computerstoring op het ministerie van Binnenlandse Zaken kon het activeren niet doorgaan. Ik zal dus een derde keer naar het gemeentehuis moeten en opnieuw heel lang op mijn beurt moeten wachten. Dan mag ik eigenlijk nog niet klagen, want voor hetzelfde geld was ik een werknemer geweest en diende ik telkens verlof te nemen om naar het pijpen van de overheid te dansen.

Ik heb mijn nieuwe identiteitskaart al eventjes kunnen bekijken en ik ben er hoegenaamd niet blij mee. Ze zijn er namelijk opnieuw in geslaagd om mijn foto te verknoeien tot een zwart-wit mugshot. Ik zie eruit alsof ik een massamoordenaar ben, of toch binnen afzienbare tijd zal overgaan tot het plegen van ijzingwekkende halsmisdaden.