Tag: romantiek

Feeërieke lichtvervuiling

Mensen, die gewoonlijk de gordijnen en rolluiken van hun woningen bij het invallen van de duisternis sluiten, zitten nu tot ’s avonds laat te koop, zodat we met zijn allen, buitenstaanders, hun opgetuigde kerstboom en andere opsierderij kunnen aanschouwen en desgewenst bewonderen.

Zelf heb ik een gloeiende siroophekel aan het flikkerende gedoe rond kerstmis, inclusief het opgeklopte sfeertje van mensen van goede wil, want die zijn al met al dun gezaaid. Ieder zijn meug zei de boer en hij at paardenvijgen. Maar laat me vooral optimistisch blijven, hoezeer ik mezelf daarvoor ook geweld moet aandoen.

Mijn mooiste kerstversiering is de glimlach van iemand die het goed met me meent.

Valentijn(tje)

Ik heb kind noch kraai en er is ook niemand die mij in die mate gaarne ziet, dat ze me ter gelegenheid van Valentijn gezelschap houden, of me met een liefdevolle attentie bedenken. Het zal jullie duidelijk zijn dat ik daardoor ten prooi val aan grote eenzaamheid, hetgeen me evenwel geen ene moer kan verblotekonten.

Om het mes nog wat dieper in de wond te steken, sturen de restaurants, waar ik af en toe niet alleen mijn neus maar ook de rest van mijn lichaam laat zien, me folders toe, waarmee ze me tot het nuttigen van de liefdemalen die ze met Valentijn aanbieden proberen te verleiden.

Wat me daarbij opvalt en zelfs enige irritatie bij me opwekt, is het nogal kinderachtige en alleszins overdreven gebruik van verkleinwoorden, waarmee die voedselverstrekkende etablissementen hun menu’s larderen. Ze hebben het over kikkerbilletjes, visschelpjes, eitjes, varkenshaasjes, gerechtjes, frietjes, kroketjes, groentjes, worteltjes, erwtjes, aardappeltjes, boontjes, hapjes, dessertjes, mosseltjes, sausjes … en nog veel meer van die pietluttigheden. Om het met de woorden van Greta Thunberg te zeggen: Hoe durven ze?!

Als ik zo’n menu onder ogen krijg, denk ik altijd dat er slechts heel weinig voedsel op mijn bord zal belanden. Gelukkig heeft niemand me met Valentijn voor een romantisch eten uitgenodigd, zodat ik me daaromtrent geen zorgen hoeft te maken.

Ik zal me thuis, helemaal in mijn eentje, aan het verorberen van een biefstuk wijden, een lap vlees die zo groot is dat men er een pak kan van maken, of me anders verlustigen aan een pizza met het formaat van een vrachtwagenwiel.

Te mijnent is schraalhans geen keukenmeester.

Volle maan

“Zie mij hier nu zitten”, prevel ik.
Het is vijf uur in de morgen en ik bevind me op het terras. Een koele maan vertoont zich op haar volst en hangt als een meloen tussen hemel en aarde. Sterren glunderen als vergoddelijkte vuurvliegen. Aangezien ik al mijn hele leven met een hoog clair-de-lune-gehalte worstel, verbaast het me niet dat ik ten prooi val aan weemoed, mijmerzucht en zielengriep.
“Ik heb jou in mijn geheugen bewaard als mijn grote liefde”, mompel ik. “Jij was het cadeau van mijn leven, mijn meest favoriete mens ter wereld en de enige persoon waardoor ik me eenzaam voelde als je de kamer verliet. Ik ben er niet in geslaagd de leemte die je naliet op te vullen en nu ben ik een van die overgeschoten zielenpoten, die niemand hebben om van te houden.”

“Niet het loslaten, maar het vastklampen doet pijn”, zegt ze met gevoileerde stem en heel even meen ik zilveren geluidjes te horen, alsof de toverstaf van een goede fee sterretjes uitstoot.
Dan ben ik weer alleen.

Voorbereiding op de Elfstedentocht

Je kunt het niet meteen aan me zien en ik zal het ook nooit openlijk toegeven, maar ik mag graag naar romantische films kijken. Het gebeurt niet zelden dat zulke tranentrekkers zich tijdens de kerstdagen afspelen en als de plaats van het gebeuren dan ook nog New York is, kun je er donder op zeggen dat een ijsbaan ─ meestal die van Rockefeller Center of ook nog de Wallman Rink in Central Park ─ er een belangrijke rol in toebedeeld krijgt. Af en toe bekruipt mij de lust om ook eens in zo’n machtig decor te gaan schaverdijnen en zodoende mogelijkerwijs ten prooi te vallen aan een hersenbouleverserend en idyllisch liefdesavontuur. Ik ben weliswaar al vaker in New York geweest en ik heb daar veel beleefd en nog meer gezien, maar die fameuze schaatsbanen heb ik nog nooit met eigen ogen aanschouwd. Vermoedelijk komt het daardoor dat ik het in mijn leven nog steeds in mijn eentje moet zien te rooien.

Als het aan mij ligt, zal daar echter binnen zeer afzienbare tijd verandering in komen, want vanmiddag hijs ik me met frisse tegenzin aan boord van een in hoge mate door mij verafschuwd luchtschip, dat hopelijk gezwind en ongehinderd naar de aldoor aan de wolken krabbende stad zal suizen. Ik ben vast van plan om dit keer wel die ijsbanen te bezoeken. Het probleem is natuurlijk dat ik niet kan schaatsen, maar misschien dat ik net door mijn gestuntel het hart van een mooie deerne zal veroveren. Het gaat er soms raar toe in de wereld van de romantiek.

Lang blijf ik niet weg. Normaliter moet ik volgende week op vrijdagochtend opnieuw in Belgenland neerstrijken. Ik wil thuis zijn als onze planeet op 21 december met man en muis vergaat, want zeg nu zelf: zoiets maak je niet elke dag mee.

De inwonende poespas ─ de woordspelingen waren gratis vanmorgen ─ is hier inmiddels aangekomen. Mijn koffer staat gevuld en wel in de hal. Ik ben er klaar voor. Het enige wat ik nog moet doen, is jullie hartelijk groeten. Aan allen die dezen zullen zien of horen lezen, saluut! Tot over een week, bij leven en welzijn.

En maar zwaaien! En maar blij kijken!

missliberty

Nestwarmte

haardvuurIk kreeg bezoek van mensen die ik best wel graag mag en daarom had ik zowel voor lafenis en versnaperingen als voor gezelligheid gezorgd: romantische tiffanylampen, flakkerende kaarsen, een doorleefd wijntje, noten en kastanjes, bonkjes kaas, paté, peren … Ik speelde zelfs even met de gedachte om het haardvuur aan te leggen. Mijn woonkamer is wel degelijk voorzien van een ouderwetse stookruimte, waarin men een os kan onderbrengen om die te braden als men dat al zou willen, wat bij mij nooit het geval is. Het bijslepen van stronken en blokken is echter een karwei dat me lang niet altijd kan bezielen, om van het schoonmaken achteraf nog te zwijgen, dus besloot ik om die klus uit het verhaal van de avond te schrappen.

We hadden ons nog maar net in vleesetende fauteuils geschurkt, of de vrouwelijke helft van het gezelschap gaf te kennen hoe jammer ze het vond dat we ons niet bij het haardvuur konden verschansen.
─”Het leek me niet koud genoeg”, deed ik de waarheid een beetje geweld aan.
Ze was het natuurlijk niet met me eens en ze kreeg vanzelfsprekend ruggensteun van haar geliefde, dus schikte ik me naar hun wens.

Nu heb ik echter een vraag: waarom volstaan twee dozen lucifers en een complete krant niet om een haardvuur aan te steken, als je bosbranden kunt starten door één lucifer of één peuk weg te gooien?

Wie het weet, mag het me vertellen.

Selene

Ik weet uit ondervinding dat veel mensen last hebben met de schijngestalten van de maan. Op zich is dat natuurlijk geen ramp, maar bij romantische gelegenheden kan het soms handig zijn om de dingen trefzeker te benoemen en niet stommer te lijken dan men feitelijk is.

Zo was ik een keer in Spanje in het gezelschap van iemand die op me rijmde en net als ik een hoog clair-de-lune-gehalte tentoonspreidde. Tijdens een digestieve avondwandeling langs een ziltgeurend en zachtklotsend haventje raakte ik danig door haar bekoorlijkheden gekluisterd. Toen dan ook nog een blanke maansikkel boven ons de hoorns opstak, was het hek helemaal van de dam. Mijn hart gloeide op van redeloze liefde en ik ontstak in allesverzengende hartstocht, maar zij lijnde me aan met de belofte dat ik haar aan het bevallige lijf zou mogen prutsen als de maan tot volle wasdom kwam en derhalve tot vrijpostige frivoliteiten noodde, zoals bijvoorbeeld een maanstandje. Ik, stommeling, had natuurlijk niet in de gaten dat het hemellichaam in kwestie net aan het krimpen was. Drie weken later, toen het moment suprême aanbrak, bevond ik me al opnieuw in ons vermaledijde tochtgat bij de Noordzee en was de aanbedene inmiddels  tot een herinnering verwaterd.

Bijna iedereen herkent vollemaan en nieuwemaan, maar zowel het eerste als het laatste kwartier zorgen vaak voor verwarring. Daarom doe ik jullie even een ezelsbruggetje aan de hand. Het onthouden van twee Franse woordjes volstaat om alle twijfel weg te nemen:

─ premier (eerste)
─ dernier (laatste)

Als men met de maan de letter p van premier kan vormen, bevindt zij zich in het eerste kwartier en kijkt men derhalve naar een wassende maan. Is het echter de letter d van dernier, dan bevindt onze wachter zich in het laatste kwartier en spreken we van een krimpende maan. Ter verduidelijking plaats ik hiernaast nog een tekeningetje en dan hebben we ‘t gehad voor vandaag. Of nee! Morgen, 31 augustus, is het vollemaan. Dan zal Selene als een meloen aan de hemel glunderen. Of als een pannenkoek. Of als een pizza … en dat betekent amore natuurlijk!

When the moon hits your eye like a big pizza pie …

‘t Kan erger, hè?

Als ik ’s morgens de ogen open en het tot me doordringt dat ik niet over warm water beschik om te douchen, dan word ik niet leuk wakker. Bovendien verontrustte een gore smaak mijn mond. Ik had wat men een vogelkooienbek met jeukende tanden noemt, al lag de oorzaak daarvan niet bij een klamme kater, maar bij het overdadig tot me nemen van suikerwaren.

De technicus die mijn woning opnieuw van warm water moest voorzien heeft me klakkelings in de steek gelaten, door gewoon niet op te dagen en me niet eens met een verontschuldigend telefoontje te bedenken. Daar sta je dan met je goeie gedrag. Een mens zou zich voor minder aan de alcohol begeven, maar dat heb ik dus niet gedaan. Ik zocht mijn toevlucht tot snoepen en niet te min. Ik ben namelijk … très sucré: een ongelofelijke zoetekauw. Ik heb mezelf getroost met het vreten van grote hoeveelheden onbestaanbaar zoete noga en dito marsepein, want als ik er eenmaal mee begin, leg ik licht onverzadigbaarheid aan de dag en kan ik pas ophouden als ik door mijn voorraad West-Vlaamse sneukelbucht heen ben. Vannacht heeft mijn spijsverteringsstelsel dat dus allemaal moeten verwerken en het is daar kennelijk niet helemaal in geslaagd, waardoor ik me vanmorgen bepaald misselijk voelde.

Het ontbreken van warm water noopte me tot een kattenwasje, waarna ik de keuken betrad, koffie inschonk, de radio aanzette en Mandolines in the moonlight van Perry Como voorgeschoteld kreeg, onmiddellijk gevolgd door That’s amore van Dean Martin. Daar knapte ik zienderogen van op en ik werd er warempel zo blijmoedig van als een bloemenwinkeltje. Ik ben namelijk een groot liefhebber van croonen en die twee riedeltjes zijn mijn uitgesproken favorieten in dat genre, omdat ze beide de maan als protagonist hebben en ik, romantische ziel, eveneens warme gevoelens voor dat hemellichaam koester. Ik raak er meestal dusdanig door in vervoering dat ik van dichtvuur blaak …

… zou het dan toch waar zijn dat romantiek in ‘t maanlicht een voorbijgestreefd gevoel is, dat souperen bij flakkerende kaarsen afgedaan heeft, dat vallende sterren geen wensen meer vervullen en dat sluimerende palmstranden aan de rand van schuimende zeeën al hun aantrekkingskracht verloren hebben? O … deze zwaarmoedige gedachten, en vele andere, spietsen als spitse pijlen door mijn ontredderde hoofd. Mijn hart is moe, mijn ziel bedroefd. Laat mij maar heerlijk ouderwets zijn en naar een zeilboot staren, die vaart op de plek waar een schaamrode zon de schuchtere golven kust; laat me luisteren naar vogelzang en ‘t zoet gekweel van nachtegalen; laat me meedrijven met sierlijke zwanen op spiegelgladde vijvers; laat me dromen van soepele lijven, lenige leden, lekkere … maar ik laat me meeslepen en dwaal af, zij het niet met tegenzin.

Ik heb gezien dat de maan flink aan ‘t wassen is om ─ even kijken ─ op 12 september helemaal vol te zijn. Dat wordt genieten. Maar goed, zover zijn we nog niet, dus wat zullen we vanmiddag eens eten? Een pizza natuurlijk!

When the moon hits your eye like a big pizza pie, that’s amore!