De razende reporter

De nieuwsdienst van de televisie brengt verslag uit van een schietpartij in een rustig dorp, waar een kerel eerst twee mannen per schiettuig naar de eeuwige jachtvelden knalde en vervolgens het hazenpad koos.

Men schakelt over naar wat in het jargon een reporter ter plaatse heet en de kijker ziet een nogal nerveus heerschap, wiens gezicht zich voor het grootste gedeelte achter een veel te forse plopkap van een microfoon bevindt en die zich ras tot een drenkeling in zijn woordenstroom ontplopt … eh … ontpopt.

Hij interpelleert een persoon, die in vaktaal een woordvoerder van de politie heet, en vraagt hem recht voor z’n raap:
─”Is de dader gevaarlijk?”

Pertinente vraag! Van een met een pistool gewapende amokmaker die net twee mensen naar het hiernamaals stuurde, kun je maar beter zeker weten of je risico loopt als je hem ontmoet.

Met zijn tweede vraag verraadt de reporter ter plaatse dat hij enigszins op sensatie belust is:
─”Zijn de slachtoffers er erg aan toe?”

Tja, wie zal het zeggen? Men kan het ze niet vragen natuurlijk, want ze zijn dood.

The Author