Kan het gezeur nu even ophouden?

In mijn hoedanigheid van mokkende kankerpot – begin je nu weer met dat gemeier? – maak ik me ieder jaar enkele keren te sappel over het feit dat wilde weldoeners zoals daar zijn Sinterklaas, de Kerstman en de paasklokken, mijn persoontje straal negeren en mijn nederige woning steevast links laten liggen. Ik koester echter goede hoop dat ik over een paar weken wel in de prijzen zal vallen. Ik heb namelijk ontdekt dat de paashaas zich op spuugafstand van mijn hoofdkwartier schuilhoudt, al kan er van schuilhouden nauwelijks sprake zijn als men zich getooid met een oorverdovend rode tint, die men bezwaarlijk als een schutkleur kan omschrijven, in het genadeloze licht van de ochtendzon bakert.

Ik houd alvast een gulzig grote mand binnen handbereik, want aan het ontzagwekkende formaat van die haas te zien, torst hij een niet geringe vracht chocolade-eieren, waarvan hij zich waarschijnlijk zo snel mogelijk zal willen ontdoen en aangezien ik als een der eersten aan de beurt zal komen …

paashaas

The Author