Ik mag dan misschien in Belgenland wonen, maar van nature ben ik een echte gaucho. Eigenlijk zou ik me iedere morgen op de rug van een Argentijnse Criollo ─ een Criollo is een paard, laat daar vooral geen misverstand over bestaan ─ moeten gooien, om vervolgens lustig over de uitgestrekte pampa te galopperen. Ik plaats daarvan installeer ik me regelmatig op het zadel van mijn stalen ros ─ ik heb dat bij vorige gelegenheden naar aluminium ros gecorrigeerd, maar dat klinkt lang niet zo stoer ─ om op de rand van evenwichtsverlies aan de zwerf te gaan en onderweg anekdotes te sprokkelen.
Over paarden en anekdotes gesproken … Ik kan me vergissen, maar ik heb stellig de indruk dat er zich steeds meer van die edele dieren in deze contreien ophouden, al dienen ze zich bij ons meestal met een in meer of mindere mate bekrompen weide tevreden te stellen. Paarden horen eigenlijk vrijelijk over steppen, savannen, toendra’s, poesta’s, taiga’s, pampa’s en wat er nog meer aan schier grenzeloze grasvlakten bestaat te draven. Maar goed, ik kan nog zoveel willen.
Hij/zij stond daar als een paard in de regen. Kennen jullie die zegswijze? Kan men een zieliger tafereel aanschouwen dan een paard dat roerloos regen staat te ondergaan? Het heeft iets aangrijpends: de onzegbare droefheid die ook een geslagen hond tentoonspreidt. Hoewel het gisteren helemaal droog bleef en we zowaar een verrukkelijke lentedag beleefden, ontmoette ik een paard op mijn weg dat in de weide stond te somberen alsof het pijpenstelen regende, zo nu en dan afgewisseld met oude wijven. Het dier verroerde geen vin … nu ja … dat is een beetje een ongelukkige uitdrukking, want een paard heeft natuurlijk geen vinnen, maar jullie begrijpen ongetwijfeld wat ik bedoel. Een paard heeft ook geen vleugels, maar dat belette Pegasus niet om vrolijk door het Griekse zwerk te fladderen.
Ik kneep de remmen dicht, stapte van mijn fiets en wapende mijn kodakje, want het was zo’n mooi exemplaar dat ik het wilde vereeuwigen. Ik begon te mikken en te kadreren en terwijl ik dat deed, zag ik opeens iets uit de buik van dat paard neerdalen. Hij kreeg me daar een erectie van je welste. De meesten van jullie zullen weten dat je daar bij hengsten absoluut niet naast kunt kijken. Hij geilde op me!
Ik maakte dat ik daar wegkwam, want je moet zo’n dier niet uitdagen. Honden willen ook altijd mijn been berijden … en als jullie willen weten hoe ik aan die ietwat vreemde titel van mijn stukje kom, moeten jullie beslist even een vroeger schrijfsel van me lezen, met name Voorlichting.