Een hachelijk avontuur

We hadden er gisteren vrij mooi weer bij. De zon stond dunnetjes te schijnen en er trilde wat lente in de lucht, dus besloot ik wat rond te raggen met de fiets.

De natuur heeft in dit jaargetijde niet echt veel te bieden, vind ik. Het zal nog even duren voor bomen en struiken trots hun pril gebladerte tentoonspreiden, om nog te zwijgen van het pronken met verrukkelijke bloemen. Ik peddelde derhalve nogal lusteloos door bedaarde landschappen, tot ik plots een nooit eerder verkend weggetje ontdekte dat naar een vrijwel onbelemmerde verte scharrelde. Enkel een opgeknapt boerderijtje gaf een teken van leven …

sennenhond… want daar weerklonk plots geblaf en er verscheen een indrukwekkende Berner sennenhond. Ik kneep de remmen dicht en stapte af. Men beweert dat een dier van dat merk een beheerst karakter hoort te hebben, maar de meeste honden hebben het niet begrepen op rondwentelende benen en voeten. Dat weet ik uit ondervinding. Ik heb zelf jarenlang een beveiligingsinstallatie van het type dobermann onder mijn hoede gehad en we hoeven er de nieuwsberichten van de laatste weken maar op na te lezen, om te vernemen dat honden er niet voor terugschrikken om fietsende mensen aan te vallen en toe te takelen. Hoe zou het trouwens met dat elfjarige meisje zijn?

Mijn exemplaar gaf niet echt blijk van een beheerst karakter. Hij stelde zich pal voor me op en telkens als ik me bewoog, gromde hij vervaarlijk. Ik probeerde hem met allerhande lieve woordjes te sussen ─ Brave hond! Rustig maar! Grote jongen! ─ en schoof ondertussen schoorvoetend aan hem voorbij. Ik slaakte een putdiepe zucht van opluchting toen ik tientallen meters verderop mijn fiets beklom en ervandoor ging als de vliegende reetscheet …

… maar toen maakte het asfalt plots plaats voor een modderig karrenspoor, dat even later zelfs helemaal onder water verdween. De overstroming strekte zich uit zover ik kijken kon. Er was geen doorkomen aan en ik zag me genoodzaakt om op mijn schreden … nu ja … terug te keren. De hond was nergens te bespeuren, maar met een fiets kun je helaas niet sluipen. Hij hoorde hoe mijn banden het asfalt streelden en schoot tevoorschijn …

Grote jongen! Brave hond! Rustig maar! Ik begon aan een déjà vu dat opnieuw ettelijke minuten in beslag nam. Voortaan zal ik enkel nog gebaande paden bewandelen … eh … befietsen.

The Author