De supporter

Ik vergezelde een vriend van me naar de opslagruimte voor bejaarden, waar zijn opa al enige tijd verblijft. Met de moeite die eigen is aan de ouderdom keutelde de voorvader met ons mee naar de cafetaria, om er zich met welhaast kinderlijke gretigheid over een pater te ontfermen. Ik bedoel natuurlijk een trappistenbier, in dit geval van Westmalle. Hij glunderde als het ware zijn leeftijd weg toen hij het grote, onhandige glas naar de lippen bracht … en zich morsend benatte, omdat de man aan het belendende tafeltje uitgerekend op dat moment een soort oorlogskreet slaakte.
“Mascarpone!” riep hij krijgshaftig.

Opa depte per zakdoek het bier van zijn borst en ondernam een tweede poging, die ook bijna faliekant afliep, omdat onze buurman zich opnieuw luidkeels liet gelden.
“Orang-oetan!” schreeuwde hij.
“Camiel, het is nu welletjes geweest!” vermaande de barvrouw hem en even later kwam ze naar ons toe om ons tekst en uitleg te verstrekken.

Op een televisietoestel iets verderop voltrok zich een rit van de Ronde van Italië, waaraan ook de renners Scarponi en Urán deelnamen. Telkens als een van hen in beeld verscheen, voelde Camiel kennelijk de onweerstaanbare neiging om met luider stemme hun namen te vermassacreren.

Het was zijn jongensachtig verzet tegen de ouderdom en dat lijkt me nog altijd beter dan in een rolstoel zitten kwijlen.

The Author