De ezel en dezelfde steen

Toen ik gisteren naar het dorp wandelde, streek er plots een lieveheersbeestje neer op de revers van mijn jas. Niet veel later vond ik een muntstukje van tien cent. Zoals ik gisteren al meldde, zag ik ook nog een paasei aan diggelen vallen en toen ik bij de krantenboer mijn beurt afwachtte, kreeg ik plots erge jeuk in de palm van mijn rechterhand.

Lieveheersbeestjes, een gevonden geldstuk, scherven die niet van aan spiegel afkomstig zijn, een kriebelende handpalm … het zouden allemaal voorboden van nakend geluk zijn. Niet dat ik bijgelovig ben, maar toch …
─”Vanavond kun je met EuroMillions honderd miljoen euro winnen”, zei de krantenboerin tegen een klant, maar ik hoorde het ook.

Vanwege de gunstige voortekenen die mij kort daarvoor ten deel gevallen waren en in weerwil van het goede voornemen dat ik hier anderhalf jaar geleden met veel bombarie verkondigde ─ lees hiervoor Ze hebben ongetwijfeld vals gespeeld ─ kocht ik een biljet met tien cijfercombinaties en een jokergetal. Dat kostte me de niet onaardige som van € 21,5, maar dat is natuurlijk een peulenschil voor iemand die op het punt staat om zijn bankrekening met ettelijke miljoenen te spekken.

Ik heb dus niets gewonnen. Nul, prot, nogabal!

Ik ben vandaag alleen met een afstandsbediening te benaderen.

ezel

The Author