Kwekkelavond

Ik was uitgenodigd op een avondje freischwebende Intelligenz.  Ja, ik heb het ook even moeten opzoeken, maar zo noemt men in kakkineuze kringen het niet primair doelgericht nadenken en discussiëren over filosofische en maatschappelijke kwesties … lullepotten met andere woorden. Ik accepteerde de invitatie. Weet ik veel wat me bezielde! De bijeenkomst vond plaats in een opgeknapt boerderijtje in de buurt van de sprookjesboekstad Damme.

Daar schurkten we ons in het lederen zitgebeuren van een salon met de allures van een bonbonnière. Glimbladen over levensstijl en aanverwanten lagen quasi nonchalant op de koffietafel tentoongespreid. Een huisbioscoop en een compleet home entertainment systeem stonden strategisch opgesteld om vooral in het oog te springen en bewondering te oogsten. Hetgeen geschiedde.

Omdat we allemaal tamelijk lang naar school geweest waren, probeerden we indruk op elkaar te maken met ons laserscherpe verstand. Wat een gezwatel! Ondertussen serveerde de aan aanstelleritis lijdende gastvrouw wat in de wandeling peuzelhapjes, knabbeltjes en lekkerbeetjes zijn, maar zij had het over amuse-gueules, friandises, frivolités, bonnes bouches en zelfs éperons de Bacchus. Halleluja, wat nog? Gebakken lucht?

─”Je kunt aan een man zien of er een vrouw van hem houdt,” zei ze opeens met patroniserende, spottende vriendelijkheid en ze blikte in de richting van een verstokte vrijgezel.
─”O ja?” verbaasde die zich.
─”Ja hoor!” mat ze zich een nogal stellige toon met gelijkhebberige bijklank aan. “Zo’n vrouw zou namelijk nooit toestaan dat je hier met witte sokken in sandalen verschijnt.”
─”Wat is dat toch met die witte sokken?” foeterde hij. “In sandalen heb ik altijd witte sokken gedragen en zal ik witte sokken blijven dragen, of men dat nu gepast vindt of niet. Ik hou van witte sokken. Trouwens, als jullie me gezegd hadden dat het een elitair avondje betrof, had ik me wel in galakleding gehesen … of nee, dan was ik waarschijnlijk niet gekomen.”

Volgens mij had hij ook nog kunnen zeggen dat hetgeen ze ons presenteerde kledderige happen met hupfalderiesaus waren, dat de porto fustig smaakte en dat de wijn van vulgaire komaf was. Dat heeft hij niet gedaan, wellicht omdat een vrouw die van hem hield — zijn moeder — hem goede manieren bijgebracht had.

The Author