Ze kwamen uit het oosten

Gisteren, iets na vieren, palmde een witte bestelwagen met een buitenlands nummerbord een van de parkeerplaatsen op het dorpsplein in. Het voertuig liet even later twee besnorde mannen en negen kinderen los. Laatstgenoemden kregen een kartonnen kroon opgezet en drie van hen kregen een stok met een ster in de handen geduwd. Aldus getooid trokken de Wijzen uit het Oosten ─ het kunnen ook Koningen geweest zijn ─ de kille avond in. Ze belden aan deuren, zongen liederen in een geheimzinnige taal en rammelden met  collectebussen. Ondertussen zaten de begeleiders in de warme kroeg, kettingrokend en bier slempend. Rond halfacht keerden de zangertjes terug van hun bedeltocht. De sterren, de kronen en de bussen werden opgeborgen, de kinderen ingeladen en de bestelwagen reed het dorp uit.

Er zullen ongetwijfeld wetten of voorschriften bestaan die dit soort praktijken verbieden, of moeten verhinderen dat men kinderen voor dergelijke doeleinden misbruikt. Iemand had de politie kunnen bellen, maar dat hebben we niet gedaan. Uit gemakzucht allicht. Anderzijds is het natuurlijk zo dat Vlaamse kinderen vandaag ook stad en dorp zullen afschuimen, vermomd als Caspar, Melchior en Balthasar, dus waar zit eigenlijk het verschil?

Zij doen het uit vrije wil en die buitenlandse meisjes en jongens zijn ertoe gedwongen. Daar zit het verschil.

The Author