Misverstandje

Omdat de man een tulband droeg en hij een kwistig, om niet te zeggen woest behaard gezicht tentoonspreidde, veronderstelde ik dat ik met een sikh te maken had. Dat bleek te kloppen. Hoewel het Nederlands dat hij sprak nog in een experimenteel stadium zat, begreep ik dat hij met zijn vrouw en twee bloedjes van kinderen uit Afghanistan naar Belgenland afgezakt was, hopend hier asiel te krijgen en een nieuw leven op te bouwen.

Toen ik tijdens onze poging tot gesprek plots een verkeerde beweging maakte en zachtjes kreunend mijn onderrug betastte, keek hij me bezorgd aan.
─”Pijn?” fronste hij.
Ik knikte en verduidelijkte:
─”Ik heb me gisteren vertild.”
Ik zag dat hij me niet begreep, maar besloot er verder geen woorden aan te verspillen.
─”Mijn rug ook kapot”, zei hij.
Hij demonstreerde hoe dat zo kwam. Met een denkbeeldige golfclub gaf hij een full swing ten beste, die Tiger Woods hem ten zeerste zou benijden.
─”Ha, door golf te spelen”, raakte ik zienderogen met trots vervuld, want ik vond het bijzonder snugger van me dat ik wist bij welke sport die zwaai hoorde.
─”Neen, niet golf”, schuddekopte hij ietwat beteuterd. “Taliban mij slaan met stoks.”

Het gebeurt zelden dat ik met mijn mond vol tanden sta, maar op dat moment waren mijn babbels toch even op.

The Author