Het verdomhoekje

Je bent een nijnagel kwijt en je krijgt een steenpuist …

Waarom keert het toeval zich vaker tegen ons, dan dat het ons in verrukking brengt? Wie het weet, mag het me zeggen.

Er zijn van die momenten waarop ik wens dat ik in de baarmoeder gebleven was. Iedereen krijgt natuurlijk zijn portie tegenslagen te verstouwen en vandaag is het duidelijk mijn dagje niet. Dat poets je nu al niet meer uit, ook al is het nog geen tien uur geweest. Ik wil jullie niet meesleuren in mijn sores, maar ik heb werkelijk geen zin om hier en nu een luchtig artikeltje te schrijven, dus zullen jullie zich tevreden moeten stellen met een bijdrage die geenszins tot lachen noodt, of misschien juist wel.

Het begon al meteen na het opstaan. Terwijl ik onder de douche poedelde, maakte ik een slippertje … nee, dat klinkt dubbelzinnig. Ik gleed uit in het stortbad, knalde met mijn rechterbil op de kraan, die ik zodoende verboog, en bonkte toen op dusdanige wijze tegen de glazen deur aan dat herstelling ervan wellicht niet meer tot de mogelijkheden behoort.

Na deze prestatie kon ik koffie gebruiken. Ik vulde de percolator, zette die in gang, luisterde even naar het gemoedelijk pruttelen ervan … en hoorde toen een zachte ontploffing. Tsjoef. Op hetzelfde moment viel ook de stroom uit. Tijdens mijn gescharrel in het donkere berghok waar de zekeringen zich ophouden, bleek dat ik daar bij een vorig bezoek een kast had laten openstaan, want ik liep met mijn kop tegen de deur ervan aan en versierde mijn voorhoofd met een schram van ongeveer drie centimeter. Dat noodde geenszins tot lachen. Desalniettemin scheen er even later licht in de duisternis en onderging de koffiemaker een chirurgische ingreep. Toen ik de ingewanden blootlegde, ontdekte ik het gebarsten buisje waarlangs het water ontsnapt was, om kortsluiting te veroorzaken. Onherstelbaar.

Tijdens mijn wandeling naar de bakker in het dorp, betrad ik een losse stoeptegel. Het water dat zich op arglistige wijze onder die plavuis verschool, geiserde verontwaardigd omhoog en veroordeelde mijn pantalon tot de stomerij.

Nu ben ik thuis en ik houd me koest. Tegenslag loutert niet. Je wordt er alleen maar een zeikerd van.

The Author