Daar word je toch zo moe van, hè!

Zo kan hij wel weer voor vandaag.

De vraag die te mijnent — en waarschijnlijk ook in andere huishoudens — het vaakst opklinkt is: wat zullen we vandaag eens eten? Het overkomt me niet dikwijls, maar ik heb absoluut geen zin om de koksmuts op te zetten en gedurende lange tijd in de keuken en aan het fornuis door te brengen. Het zullen derhalve tosti’s worden. Zo heten de Belgische croque-monsieurs in het Nederlands. Ik vind croque-monsieurs eigenlijk een veel mooiere benaming, al weet niemand waar die vandaan komt. Vreemd is ook dat men het meervoud ervan vernederlandst heeft en niet het Franse ‘messieurs’ gebruikt, maar monsieurs.

Ik zal dus een aantal croque-monsieurs klaarmaken, want ik heb echt geen zin om uitgebreid te kokkerellen. Omdat een collega wegens ziekte moest afhaken en er geen andere aflossing beschikbaar was, heb ik de hele morgen schier ononderbroken simultaan getolkt. Dat is een heksentoer. Ik geef het jullie te doen. Een mens zou er tureluurs van worden. Ik ben bekaf. Compleet uitgewoond. Dood- en klootop. Ik heb geen olie meer in de lamp. Men kan me aanvegen. Ik ben helemaal gaar. De pijp is leeg. Ik loop op mijn tandvlees. Ik heb al mijn kruit verschoten. Ik kan geen pap meer zeggen …  Wacht, ik probeer het even. Magere melk, halfvolle melk, volle melk, karnemelk, gecondenseerde melk, gesteriliseerde melk, rijst…, havermout…

Nee, het lukt me niet. Ik probeer het morgen opnieuw.

The Author