Andere koek dan pepernoten

De poezen hebben vannacht weer oorlogje gespeeld. Dan suizen ze tijdens ijzingwekkende achtervolgingen als straaljagers door het huis en maaien alles neer wat ze in het vizier krijgen. Dit keer is er opnieuw en nog maar eens een bloempot gesneuveld. Die is patsboem van de vensterbank gestort en ik mocht meteen na het opstaan puin ruimen. Ik zou de daderes aan een tuchtiging onderwerpen, maar ik heb … eh … andere katten te geselen en bovendien ken ik ze niet. Wie van de drie? Ze kijken me allemaal samen en ieder apart met van die grote, onschuldige ogen aan en gebaren van krommenaas. Ik vermoed dat ze binnenpretjes hebben, omdat ze heel goed weten dat ik toch niet zal achterhalen wie mijn tere plantje vermoord heeft.

Meestal hoor ik het als ze keet schoppen en ontstijg ik zeer tegen mijn zin het ledikant, om ze wankelend van de slaap tot de orde te roepen en vermanende vingers te heffen. Vannacht heb ik echter niets gehoord, want ik ben onchristelijk laat tussen de lakens geschoven en alcohol had het alarm in mijn benevelde hersens afgezet. Ik heb namelijk tot in de vroege uurtjes gewerkt en dat tijdens het weekend.

─”Noem je dat werken?” vragen ze me soms op sarcastische toon. “Je zit lekker aan je bureau wat woordjes en zinnen te vertalen. Tegenwoordig kan iedereen dat.”

Die criticasters hebben natuurlijk gelijk, maar slechts ten dele. Vandaag de dag kan vrijwel iedereen inderdaad een flard Engels in — vaak krakkemikkig en zieltogend — Nederlands omzetten, want zonder dat zal je er denkelijk niet in slagen om je desk- of laptop behoorlijk aan de praat te krijgen. Daarom ben je echter nog geen vertaler en zeer zeker geen literair vertaler. Het is immers niet alles lopende tekst wat de klok slaat.

Aan allen die mijn vak niet als werken beschouwen, geef ik de raad om eens een gedicht of een liedjestekst te vertalen, met behoud van zowel de vorm als de inhoud, zowel het ritme als het rijm, zowel de stijlfiguren als de metriek.
Aan allen die zich neerbuigend over mijn vak uitlaten, vraag ik of ze zo vriendelijk willen zijn om de volgende woordspeling eventjes in het Nederlands om te zetten en mij het resultaat te bezorgen:

She was so stupid, she put lipstick on her forehead, because she wanted to make up her mind.

Zij was zo dwaas, dat ze haar voorhoofd stifte, omdat ze een beslissing wou nemen. Vertalen is inderdaad een fluitje van een cent, maar de woordspeling ─ make up her mind ─ is wel compleet de mist ingegaan en dat is vanzelfsprekend niet de bedoeling. Ik heb tot diep in de nacht tevergeefs naar een rake omschrijving gezocht. De lumineuze inval kwam niet. Ik heb toen in arren moede mijn toevlucht gezocht tot de muze die in whisky schuilt, doch die bleef onvermurwbaar, zelfs na herhaald aandringen … en daardoor heb ik niet gehoord dat mijn poezen het huis op stelten zetten. Ze zijn zo lief, meneer!

En nu moet ik een woordspeling verzinnen.
En ja, dat noem ik werken.
Soms is het zelfs hard labeur.

The Author