De liedjesschrijfster

Wandelend langs ’s levens kronkelpaden kom ik weleens ganzen tegen, die snaterend in een weiland rondwaggelen of gaggelend over een boerenerf schommelen. Gisteren verscheen er echter een exemplaar op mijn televisiescherm, dat helaas de snavel opende en tot overmaat van ramp begon te zingen, of toch een onlekker geluid liet horen dat daarvoor moest doorgaan. Het lied dat ze kweelde, liet bovendien een slijmspoor na. Ze nam allicht deel aan een wedstrijd, want er was een jury aanwezig die haar prestatie beoordeelde en vond dat ze nodig naar de zangles moest. Ze leek de portee van deze blamage niet te vatten, want ze knikte enthousiast en keek zo blij als een teek in een bloedbank. Men vroeg wat haar toekomstplannen waren en het antwoord daarop had ze kennelijk klaarzitten:
─”Ik ben van plan om voortaan mijn eigen songs te wraaiten”, zei ze zonder verpinken en met onbeschadigd humeur.

─”Ga nu gauw op het dak zitten!” foeterde ik hoofdschuddend. “Het is toch echt niet te believen wat er allemaal in het wild rondloopt.”
Door middel van de afstandsbediening zocht ik snel andere oorden op en decided om vandaag een stukje over dat gansje te wraaiten.

The Author