Zonder mankeren

De koele maan vertoonde zich op haar volst, hing als een meloen tussen hemel en aarde en bescheen een vijver, waarop zwanen spelevaarden en het water beschilderden met witte sier. Sterren glunderden. Ze waren met belachelijk veel …

In de supermarkt viel ik ten prooi aan een ongemeen romantische bui. Daarom allicht ging ik over tot wat men een impulsaankoop noemt: een zak waarin zich vijfenzeventig theelichtjes ophielden en zelfs samendromden. Ze waren met zijn allen bij Bolsius in Nederland geboren, verklapte de verpakking, en ze zouden me elk apart en ieder voor zich gedurende zes uur met gouden kaarslicht verblijden.
─”Et mon cul c’est du poulet!” gaf ik lucht aan mijn ongeloof, want ik ben net met een vertaling uit het Frans bezig en dat zindert soms na in mijn huishoudelijke bezigheden.

Thuis joeg ik de brand in zo’n kaarsje, vergewiste me van het exacte tijdstip waarop ik dat deed en besteedde verder geen aandacht aan het vlammetje, tot het opeens begon te sputteren en meteen daarna schielijk doofde, zes uur en drieëntwintig seconden nadat ik het tot leven had gewekt. Daar viel me toch de bek van open. Ietwat geïntrigeerd ontstak ik vrijwel tegelijk een tweede, een derde en een vierde exemplaar. Zonder uitzondering hielden die het zes uur vol en geen minuut langer.

Perfectie is niet van deze wereld, maar in weerwil van de eigengereide en schier onberekenbare eigenschappen van wassen, wieken en vlammen komen de kaarsenmakers van Bolsius toch heel dicht in die buurt. Hoe doen die luiden dat eigenlijk?

The Author