Hohoho maar!

In gedachten verzonken volgde ik de tot wandel- en fietspad gedegradeerde trambedding. Ik liep langs donkere achtertuintjes en kon via verlichte keukenramen bij onbekende mensen binnenkijken, want het was halfacht en dat is het tijdstip waarop velen zich aan de ontbijttafel ophouden.

Toen weerklonk een bewonderend gefluit en ik ontwaakte uit mijn overpeinzingen. Ik bevond me helemaal alleen op dat pad en er kon dus geen twijfel over bestaan: ik werd door iemand nagefloten! Ik keek om me heen. Er viel nergens een bouwvakker of een stratenmaker te bespeuren.

Ik zie jullie fronsen, maar jullie zullen het ongetwijfeld met me eens zijn dat bouwlieden het vaakst het nafluiten beoefenen. Die beschouwen dat als een leuk tussendoortje. Hoewel de slachtoffers van dat ietwat ordinaire complimentje meestal tot de vrouwelijke kunne behoren, kan ik me voorstellen dat er in deze moderne tijden ook bouwvakkers en stratenmakers bestaan, die een andere mening toegedaan zijn en liever een leuke piemeldrager nafluiten, al zullen ze dat wellicht niet doen als er collega’s in de buurt zijn. Of vergis ik me?

Wat er ook van zij, ik vermocht in de wijde omgeving niemand te bespeuren en het was mij een compleet raadsel wie me met dat gefluit bedacht had … tot ik opeens die pop ontwaarde: een bijna levensgrote Kerstman die in een van de tuinen aan een lantaarnpaal bungelde. Zou hij … Ik keerde op mijn stappen terug en warempel … zodra hij me in het vizier kreeg, gaf hij fluitend lucht aan zijn bewondering voor mijn persoontje.

Naast lampen met sensoren heeft men nu dus ook Kerstmannen met bewegingsmelders toegerust, om ze in staat te stellen toevallige passanten na te fluiten. Wat zullen ze nog meer verzinnen? Van mij mag het hoor, want ik vind het best wel grappig.

Ik heb tijdens mijn wandeling nog drie Kerstmannen opgemerkt. Ze hingen respectievelijk in een boom, aan een dakgoot en onder een dorpel … maar die hebben me niet nagefloten. Waarschijnlijk omdat ze er niet toe in staat waren. Of anders vonden ze me niet leuk.

The Author