Het lijk in het maisveld

Ik wil me niet met akkerbouw en veldarbeid bemoeien, want dat is mijn fort niet en ik zou bij wijze van spreken onder distels en doornen zaaien. Desalniettemin ben ik van oordeel dat men in onze contreien veel te veel mais teelt. Dat hoogbenig gewas belemmert vaak het uitzicht op kruispunten en in scherpe bochten, wat soms voor gevaarlijke toestanden zorgt … en meer heb ik daarover niet te zeggen.

De titel van dit schrijfsel zou door Agatha Christie bedacht kunnen zijn, maar ik heb die helemaal zelf verzonnen en ik zal jullie vertellen hoe dat zo komt.

Tijdens een fietstocht gaf mijn gps er de brui aan, dus bracht ik mijn fiets tot stilstand op een weggetje dat zich als een aal in doodsnood tussen maisvelden kronkelde. Terwijl ik bezig was orde op zaken te stellen, weerklonk plots het belsignaal van een telefoon, hetgeen me zeer bevreemdde, want ik bevond me in Nergenshuizen en er viel in geen velden of wegen iemand te bespeuren. Het geluid hield op, om luttele seconden later opnieuw van zich te laten horen.
“Is hier iemand in de buurt?” riep ik in de richting van de plek waar het gerinkel vandaan kwam.
Ik kreeg geen antwoord.

Ik maakte aanstalten om tussen de maisstengels op zoek te gaan naar de oorsprong van dat signaal, want vermoedelijk lag daar ergens een mobieltje, maar ik voegde de daad niet bij de gedachte. Hoe was dat ding daar in vredesnaam terechtgekomen? Het is een vraag die me blijft bezighouden en ondertussen bedenkt mijn lenige, ja zelfs ongebreidelde fantasie daar zelfs een afrekening in het milieu bij, met een lijk dat men in het maisveld gedumpt heeft, om er vanaf te zijn.

Het zijn wrede tijden.

The Author