Het roggeventje

Ik keer even terug naar een zalig vroeger, toen de menselijke aanfluiting, Dutroux genaamd, nog geen dood en vernieling gezaaid had en jongelui zich nog makkelijk aan al dan niet ouderlijk toezicht konden onttrekken, om vrijelijk en naar hartenlust rond te raggen.

Het dorp waar ik opgroeide en domweg gelukkig was, werd omsingeld door lommerrijke bossen, uitgestrekte landerijen en grazige weiden. Geregeld dook ik in mijn eentje, of samen met wat vrienden, de weidse natuur in en telkens als ik thuis vertrok, gaf mijn moeder me een schalkse waarschuwing mee:
“En oppassen voor de roggeventjes, hoor!”

Roggeventjes waren, toch zeker in het deel van West-Vlaanderen dat men het Houtland noemt, gemene schepseltjes die zich, zoals de naam al doet vermoeden, in roggevelden schuilhielden en zich meester maakten van kinderen die zich in het koren waagden. Wat ze met hun prooien aanvingen verzweeg men wijselijk.

Ik heb nooit ofte nimmer zo’n roggeventje waargenomen, tot ik gisteren plots …

roggeventje

Kun je nagaan hoe snel ik daar mijn matten opgerold heb.

koren

The Author