Naweeën

De kerstliederen zijn gekweeld, de heilwensen voor 2015 kwistig uitgesproken en ondertussen heb ik ook al mijn verjaardag gevierd, al lijkt gevierd me toch een beetje een overstatement.

We schreven zondag, gisteren, en ik bevond me in de aankomsthal van de luchthaven, waar ik op mijn bagage wachtte en bleef wachten, want mijn koffer was kennelijk niet met me meegereisd. Er stak een licht onbehagen in me op. Wat zeg ik? Ik ergerde me ongeveer een ongeluk en kweet me mokkend van de paperasserie die met dergelijk wissewasje gepaard gaat. Vervolgens spoedde ik me naar huis.

Toen ik de deur ontsloot en binnentrad, werd ik meteen besprongen door de jankende geluidjes van twee in ademnood verkerende toestellen. Mijn poespas ─ ik bedoel de persoon die tijdens mijn afwezigheid op mijn poezen past ─ had de deur van de diepvrieskast niet goed gesloten, waardoor de hele inhoud ontdooid was en derhalve rijp voor de vuilnisbak: een regelrechte wandaad voor iemand die nooit voedsel verspilt of weggooit. De kamerthermostaat van de centrale verwarming veroorzaakte het tweede alarm. De batterijtjes waren totaal uitgeput en stonden op het punt de geest te geven, zodat het apparaatje luidkeels gillend om hulp riep.

Niet veel later probeerde ik een document aan mijn printer te ontfutselen, maar het papier stremde en ik zat ruim een kwartier te kleuteren en te peuteren om dat euvel te herstellen. Toen ik er kort daarna ook niet in slaagde om het bedieningspaneel van mijn blog te bereiken, was ik helemaal ontworteld.
“Nu heb ik toch even een knuffel nodig!” riep ik en omdat er niemand aanwezig was om me die te verstrekken vervolgde ik: “Waar is mijn teddybeer?”

The Author