Binnen in een klok hangt … een tepel

Kinderen mensen, wat ben ik toch een muts!

Ik heb er geen idee van of het gebruik ook elders in zwang is, maar in Vlaamse kroegen en cafés zul je in de buurt van de tapkast — den toog — vaak een klok of een bel aantreffen. Ik zag die dingen wel, maar het kwam nooit in me op om te informeren wat ze daar hingen te doen, omdat ik veronderstelde dat ze bij het decor hoorden. Eigenaars van drankgelegenheden gebruiken soms de eigenaardigste objecten om de boel wat op te fleuren en leven in de brouwerij te brengen. Ik heb ooit een café bezocht waar het plafond zich achter honderden nachtspiegels verschool. Het zal wellicht niet nodig zijn dat ik jullie drie keer laat raden hoe dat etablissement heette. De Pispot. Je kon er zelfs je bier uit zo’n potje drinken, maar dat aanbod heb ik afgeslagen. Spaar me! Men moet het nu ook niet overdrijven, maar ik dwaal af, zij het niet met tegenzin, want ik was over bellen en klokken bezig …

Ik had eventjes niets omhanden en kon natuurlijk thuisblijven, om het stof te zien neerruizelen, maar in plaats daarvan begaf ik me naar een café, waar ik aan een tapkast vlak naast zo’n klok terechtkwam. Een onweerstaanbare drang maakte zich van me meester. Ik greep het uitnodigende koord en gaf de klepel een heerlijke rammeling. Ik oogstte succes met mijn klokkengelui, want er steeg wat gejuich op. Tot mijn verbazing begon de kastelein bestellingen op te nemen. Bleek dat ik een rondje gegeven had. Wie de klok luidde, trakteerde allen daar aanwezig. Gelukkig waren ze slechts met zijn tienen. Lol maken, is boeten.

Voortaan zal ik me nooit meer in de omgeving van dergelijke instrumenten vestigen, want ik zal ze toch niet met rust kunnen laten. Zie ik een koord hangen, dan moet ik daar een snok aan geven. Het blijft een riskante hebbelijkheid. Blijf vooral uit mijn buurt als er ooit een draadje van je trui loszit, of als … Ik zwijg al!

The Author