Maniak

─”Ik ben op weg naar de supermarkt”, zei de vriendin die bij me aanwipte. “Heb je wat nodig?”
─”Niet echt, dank je. Of toch … Misschien kun je een nylonpanty voor me meebrengen.”
─”Hoor ik dat goed, of hapert er wat aan mijn oren?” Ze keek alsof ze een vis op een vouwfiets zag. “Zei je panty?”
─”Of anders nylonkousen”, schokschouderde ik. “Als ik met dergelijke artikelen aan de kassa kom, voel ik me altijd zo’n lulletje rozenwater. Maandverband, tampons, inlegkruisjes en nylons horen niet echt thuis in de mannenwereld.”
─”Sinds wanneer draag jij nylons?” vroeg ze en ze had ogen als vleugeldeuren opgezet.
─”O … ik zal twaalf geweest zijn of daaromtrent”, grapte ik. “Het is sterker dan mezelf.”

Ze tuinde er regelrecht in, dus haastte ik me om haar mede te delen dat nylons werkelijk het neusje van de zalm zijn om schoenen na het poetsen op te glanzen.
─”Da’s een hele geruststelling”, monkelde ze. “De vriendinnen en ik waren onlangs nog over je bezig … dat je er altijd zo patent uitziet. Ook de smetteloze staat van je schoenen kwam ter sprake. Vrouwen hebben oog voor zulke dingen en nu zal ik ze kunnen vertellen hoe dat zo komt.”

Ik heb maar niet gezegd dat ik eigenlijk het slachtoffer ben van een afwijking, een schier onweerstaanbare behoefte, een verslaving … Iedere dag poets ik mijn schoenen, soms zelfs herhaaldelijk. Het kleinste vlekje en het minuscuulste spatje doen me naar het schoensmeer, de borstel en de nylons grijpen. En dan poets ik alsof mijn leven ervan afhangt.

Help!

The Author