Bijna juist

  • Een verslaggever:
    En nu gaan ze in dalende lijn naar beneden.
  • Een modiste:
    Dit hoedje is ludiek en toch speels.
  • Een meisje:
    Chinezen hebben gespleten ogen.
  • Een bloggende vader:
    We hadden eigenlijk geen baby geplant.
  • Een restaurantklant:
    De kreeft was overtreffelijk.
  • Een werkgever:
    Gehandicapte werknemers hebben meer in hun sas dan men zou denken.
  • Een reclamefolder:
    Het woordenboek is alfabetisch gerangschikt, wat het zoeken vereenvoudigt.
  • Een menukaart:
    Pizza Napoletana: basispizza met ansjovis en karpers.
  • Een weerman:
    De zomer is in geen heinde en verre te bekennen.
  • Een ooggetuige:
    En toen kregen ze hoogopdravende ruzie.
  • Een klant in de supermarkt:
    De prijzen zijn dramastisch gestegen.
  • Een slachtoffer van een oplichter:
    Je moet hem vooral niet onderschatten, want hij is doorwiekst.
  • Een mensenkenner:
    Wat is dat een rare snuishaan!
  • Een deskundoloog:
    De voortdurende prijsstijgingen worden veroorzaakt door speculanten die de kop opduiken.
  • Een politicus:
    Ergens staan we nergens.
  • Een volksvertegenwoordiger:
    Het staat ieder parlementslid vrij wetsvoorstellen neer te dienen.
  • Een commentator:
    Het kostte Nadal nog heel wat moeite om de kluts te klaren.
  • Een trotse vader:
    Mijn kinderen zijn niet te beroerd om hun handen uit hun mouwen te laten wapperen.
  • Een aannemer:
    Het is de bedoeling om vandaag de klaar te klussen.
  • Een vraagsteller:
    Dit antwoord zou wel eens hoog kunnen schoren.

The Author