Worstelen met woorden

Gisteravond heb ik dus mijn stinkende best gedaan om Het Groot Dictee der Nederlandse Taal zonder al te veel gezichtsverlies op papier te zetten. Het was toch even aangorden, want Tommy Wieringa, de ontwerper van die moeilijkdoenerij, had een flink aantal bijtgrage addertjes onder het gras verstopt, om van de schietgeweren en wolfsklemmen nog te zwijgen. Als jullie zich even de moeite getroosten om op deze link te klikken, heb ik het enigszins sadistische genoegen om jullie de tekst in kwestie op te dissen.

De deelnemers ter plekke ─ toch niet bepaald kneusjes op het terrein van de spelling ─ bezondigden zich gemiddeld aan 32 fouten. De winnaar, ene Pieter van Diepen uit het Nederlandse Leiden, sloeg slechts 9 keer de bal mis.
─”En jij dan?” hoor ik jullie meesmuilend vragen.

Wel … ik heb me 14 keer vergist en daar ben ik best wel trots op, al hoeven jullie niet per se meteen het wierookvat boven te halen, want ik ben nogal nederig van snit.

Dit zijn mijn miskleunen:

  1. tenhemelschreiende (ik schreef ten hemel schreiende en dat geldt als 2 fouten)
  2. Hoekse en Kabeljauwse twisten (nooit van gehoord, dus schreef ik hoekse en kabeljauwse en dat zijn 2 fouten)
  3. Oost-Galicische (ik schreef Oost-Gallicische en dat is 1 fout)
  4. babylon (ik schreef Babylon met een hoofdletter en dat is 1 fout)
  5. Asjkenazim (nooit van gehoord, dus schreef ik Asjekenasim en dat is 1 fout)
  6. Roethenen (nooit van gehoord, dus schreef ik Ruthenen en dat is 1 fout)
  7. thymotische (nooit van gehoord, dus schreef ik timotische en dat zijn 2 fouten)
  8. eerste-, tweede- en derdegeneratieallochtonen (ik schreef eerste, tweede en derde generatie allochtonen en dat zijn zo maar eventjes 4 fouten)

We blijven oefenen … nu ja, ik toch alleszins.

The Author